Vrijdag 12 maart 2004:
We pikken de King’s Highway weer op richting Wadi Ram (of Rum), een vallei met rotswanden van zandsteen en graniet in het zuidwesten van Jordanië. We huren een jeep (nou ja, jeep? Auto met een bank in de laadbak) met chauffeur en die dendert werkelijk de vallei in. Dat terwijl de weg toch niet echt is om over naar huis te schrijven! Ik lig in een deuk als we weer eens gelanceerd worden en krijg van Bram op m’n kop omdat de chauffeur dan waarschijnlijk denkt dat we het leuk vinden en het nog meer gaat overdrijven.
Het landschap is adembenemend, kleuren variëren van bruin-terra naar rood en dan die blauwe lucht erboven! En zo groot! Als je denkt wat te zien bewegen is het een andere jeep ‘als mier’ werkelijk! Hier is ook Lawrence of Arabia opgenomen en dat kan je je goed voorstellen als je hier staat.
Onze chauffeur heeft lekker een kopje thee voor ons mee en daarna trekken we weer verder langs zandduinen. Ik klim naar boven maar het is verdomd lastig lopen als je zover wegzakt…daarbij is de gids bang dat ik een schorpioen ‘oppik’…maar het uitzicht is geweldig!
Bram vindt het een van de mooiste ervaringen op reis!
Terug naar de King’s Highway onderweg naar Aqaba waar we eerst even de Royal Diving Club opzoeken buiten de stad voor we de auto inleveren. De duikclub is opgericht door de koning die er helaas niet is maar ach, we hebben zijn foto (en die van zijn vrouw) door het hele land op grote billboards gezien…
Het ligt prachtig, met een mooi strand en huisrif. We kunnen de auto rustig inleveren want van de duikclub komen ze ons gewoon bij het hotel afhalen. We overnachten deze dagen in Hotel Aquamarina, niets bijzonders, maar vinden gelukkig wel een lekker restaurantje buiten de deur, Ali Baba, waar we elke avond (samen met een stel poezen) op het terras gaan eten.