Zaterdag 8 februari 2014 :
Half negen vertrekken we richting de Omo rivier voor een korte oversteek per lokale (boomstam) boot naar de overkant waar de Dassenech stam leeft.
Er zijn hier 3 dorpen van deze stam en je kan meteen zien waar ze een toerist verwachten. Photo, photo roepend wachten ze ons in grote getalen op bij de ingang van het dorp.
Onze gids heeft weliswaar een gebroken arm en geen geld om deze te laten zetten maar stuurt ze genadeloos aan de kant. De dames worden brutaal en beginnen van alles te roepen wat wij gelukkig niet verstaan. Wat een vreselijk armoedige hutten bouwt deze stam. Een soort lage iglo met werkelijk elk materiaal dat maar voor hande is. Als het fotomoment is aangebroken poseren de dames (mannen zijn niet aanwezig) met een mij te serieus gezicht.
Wel een mooie gelegenheid om te roepen dat de foto daarom mislukt is en de gids vraagt ze te lachen. Vooral de oudere dames vinden dit een stunt en beginnen te schateren.
Mijn stapel 5 birrs slinkt snel omdat ze het liefste met elkaar op de foto gaan en het blijft 5 per persoon.
We laveren tussen grote aantallen vee op de weg terug voor een lunch in Turmi met onderweg veel verschillende vogels, de mini (nog nooit zo klein gezien!) DikDiks en verschillende schaftende gieren.
Op naar de markt in Turmi en het lijkt wel of we er in colonne naar toe rijden. Tot wij moeten afhaken...lekke band. In no time legt Demis er het reserwiel onder en niet veel later arriveren we op de markt waar we lekker zonder gids(die natuurlijk wel betaald moet worden!) gaan rondlopen. Lunch maar even overslaan want als we weer zo lang moeten wachten op een spaghetti!
Je kijkt je ogen uit naar verschillende uitdossingen, handelswaar en gedrag. De een vindt het prima als je fotografeert, de ander dreigt een schoen naar Bram te gooien. Maar dat maakt allemaal niet uit, het is een lust voor het oog en neus.Uren per dag wordt er door de vrouwen besteed aan jun kapsel dat met boter en klei wordt ingesmeerd. De gemalen klei-poeder wordt ook veel verkocht op de markt. Soms worden de kapsels versierd met schepen of stukjes blik, lichamen worden met olie en klei ingevet en verfraaid met kettingen, armbanden en geitenvellen.
Vrouwen tonen trots hun littekens verkregen bij de verschillende rituelen zoals bullfighting...
De mannen hebben prachtige kapsels van klei en dragen een struisvogelveer in hun haar, een teken van dapperheid.
De vrouwen lopen te shoppen met hun kalebas aan de arm, kunstig met dekseltje vervaardigd tot tas of portomonnee.
Een neksteuntje(dat alle mannen meedragen als krukje maar vooral als hoofdsteun om je kapsel te beschermen dat overigens om die reden ook tot oorhoogte is afgeschoren) is vlot aangekocht en na een uur drinken we met Demis een biertje op het (volgens mij enige) terras tegenover de markt. Een ballon geeft de ‘huissmurf’ nog veel plezier en ons dus ook...zit hij tenminste niet levensgevaarlijk te bewegen op die brommer voor ons!
Demis is zijn map vergeten en dat komt goed uit want we willen echt toch een stukje invulling voor morgen. Mursi leek ons te commercieel maar een hele dag niets doen is toch ook niet echt een plan voor ons. Hij regelt het voor ons! Buiten eten in Jinka Resort bij kaarslicht en lezen met de zaklamp want er is natuurlijk geen....!